Een muts op mijn hoofd (nee natuurlijk niet, dan gaat mijn haar in de war…)
Mijn kraag staat omhoog (jazeker, dat wel!)
Het is hier ijskoud (zo maar ineens is de winter inderdaad weer even(?) terug)
Maar gelukkig wel droog (lekker weer, zo koud, met een zonnetje, hoewel vandaag ook dikke sneeuwvlokken naar beneden komen)
Maar ik moest daardoor wel weer eens krabben. En zo’n laagstaand zonnetje is soms best vervelend onderweg. Woensdag en donderdag had ik daar toch wel ehhhh last van, wilde ik schrijven, maar ik bedoel eigenlijk: ik had er mee te maken. Last is een groot woord. Ik heb er geen psychische of lichamelijk klachten door ofzo, maar ik moest er even mee om gaan.
Ik was woensdag wel mijn zonnebril vergeten. Beetje jammer.
Donderdag gelukkig wel eraan gedacht om deze mee te nemen. En de rest van de week heb ik thuis gewerkt, dus geen zorgen over krabben of andere winterse zaken.
Maar goed. Ik probeerde een punt te maken over deze week. Het was weer een drukke…
De dagen zijn kort hier (daar lijkt het inderdaad wel op, de week vloog voorbij)
De nacht begint vroeg (nee, dat klopt niet. Ik ben een avondmens en ga altijd (te?) laat naar bed)
De mensen zijn stug (nee, ook niet waar. De mensen die ik sprak of trainde deze week waren juist erg flexibel, positief kritisch en leuk)
En er is maar 1 kroeg (Weer mis, Guus. Er zijn er meerdere in de plaatsen waar ik deze week heen mocht).
Maar dat komt natuurlijk doordat Guus hier zingt over een plaats buiten Brabant. En deze week bleef ik juist binnen Brabant! Oudenbosch, Geldrop, Tilburg.
Dan toch maar een ander liedje erbij slepen?
Kedeng, kedeng? Nee, geen trein deze week. Volgende week wel. Dan ga ik naar de NOT en ik ga, denk ik, met de trein of Per Spoor, zoals je wil.
Oef, ik loop even vast. Maar ik geef niet op! Ik tel tot drie en dan gaat het gebeuren!
1
2
3
Zoals al meerdere keren vermeld in de laatste weken gaat het lekker hier. Het is druk en ik weet dat ik mezelf dan wel goed in de gaten moet houden. Op tijd op de rem en genieten van het uitzicht. Ik merk aan mezelf dat ik toe ben aan een dagje rust, naar buiten en de zinnen verzetten. Even alleen zijn en alleen zijn.
Da`s de enige manier (nou, er zijn vast ook andere manieren, maar voor mij werkt het)
om de juiste koers te varen (recht zo die gaat! Of het roer om?)
met de wind in onze rug. (dan zit soms ineens alles mee en komen de mooie dingen naar je toe.)
Geniet met volle teugen; (dat mag je zeker niet vergeten, genieten van alles. Ik heb woensdag genoten van de discussie die zich afspeelde in een van mijn trainingen. Ik kon hem leiden, sturen en met een consensus afsluiten. Grote glimlach!)
zulke tijd komt nooit terug (Dat weet ik maar al te goed.)
Behoed je voor het ergste, (prepare for the worst, hope for the best?)
wees zeer goed voorbereid (dat sowieso. Ook daar moet ik tijd voor vrijmaken, maar ook niet te veel. Een zekere mate van spontaniteit is altijd goed, maar ook afhankelijk van je expertise. Het gaat me steeds beter af.)
Houd het hoofd maar boven water (af en toe een beetje kopje onder gaan, is ook niet erg, maar je moet niet verdrinken. Leren zwemmen, dus! En goede hulp op de kant is ook erg lekker.)
in deze turbulente tijd (druk, druk, druk :).
Weer een lekkere werkweek achter de rug en een mooie werkweek voor de buik… Volgende week gaan we weer buiten Brabant. Want d'r keumt ennen daag, dan loep ik dor Maastricht en die dag dat is volgende week woensdag.
Maar nu is het weekend, dus:
Lalalalalalalala
Lalalalalalalalalalalalala!
(De dikgedrukt teksten van deze week zijn gejat/geleend/gebruikt uit uit: Brabant, Ik tel tot drie, ‘t Dondert en ‘t bliksemt en Per Spoor (kedeng, kedeng) van Guus Meeuwis en Limburg van Rowwen Heze. Ja zelfs de lalalalala, die komt uit ‘t Dondert en ‘t bliksemt…)