Opzij, opzij, opzij,
maak plaats, maak plaats, maak plaats,
wij hebben ongelofelijke haast.
Nee, geen haast. Hoewel? Afgelopen dinsdag toen ik om negen uur een training had in Den Haag….
Opzij, opzij, opzij,
want wij zijn haast te laat,
wij hebben maar een paar minuten tijd.
Maar ik was uiteindelijk wel op tijd!
Goed, het zou kunnen dat ik hier en daar een bochtje heb afgesneden, een tandje te snel ben geweest en/of net door rood ben gegaan… Maar ik was op tijd en ik heb een hele fijne training gegeven op een hele fijne SBO- school!
Maar over het algemeen geen haast dus, wel druk. Tjonge, wat een week, zeg.
We moesten mailen, trainen, rijden, bellen, workshops geven, overleggen en steeds doorgaan!
We konden echt niet heel lang, we konden echt niet heel lang blijven staan.
Alhoewel? Donderdagmiddag op de terugweg uit Ede heb ik wel behoorlijk wat stilgestaan… Slecht weer en sowieso al de drukste dag van de week op de weg. De vertraging onderweg werd draaglijk door het goede gevoel dat ik overhield aan de door mij verzorgde workshop op het Pallas Athene College.
Een andere keer misschien, dan blijven we wel slapen.
En kunnen we dan misschien als het echt moet, wat over koetjes, voetbal en de lotto praten.
Nou nee, lekker naar huis en ik voer een fijn telefoongesprek. We praten over werk en toekomst en… van alles. Ook dat zorgt ervoor dat de terugweg snel lijkt te gaan.
Nou dag, tot ziens, adieu, het gaat je goed!
We spreken elkaar snel weer. Om half 8 ben ik thuis na een rit van ruim 2 uur.
We moesten mailen, trainen, rijden, bellen, workshop geven, overleggen en steeds doorgaan!
We kunnen nu niet langer, we kunnen nu niet langer blijven staan.
Ja, ik ben in beweging. Lekker bezig. Mooie workshops en trainingen verzorgen. Afgelopen week dus in Den Haag (of eigenlijk op Scheveningen) en Ede. Maar ik was ook nog in Dordrecht, Schiedam, Zwijndrecht en Online. Tussen de workshops, trainingen en reistijd door manage ik mijn agenda, verstuur ik mails en overleg met verschillende mensen over van alles.
Maar je moet ook af en toe stilstaan om bij te komen. En om van het uitzicht te genieten, het uitzicht dat voor je ligt, maar kijk ook even om naar wat achter je ligt. Ik doe dat nu, door dit te schrijven. En ik heb dat ook nodig.
Ik ben geen tovenaar, die alles uit zijn mouw trekt.
Als ik kon toveren, kwam alles voor elkaar.
Nu ook, hoor. En ik leer steeds meer trucjes, maar voor een toverspreuk van kwaliteit ben je zomaar duizend gulden kwijt. En naar een beetje toverboek ben je toch wel vijftig jaar op zoek. En de hele cursus tovenaar duurt honderdvijfentwintig jaar.
Dus gaan we stap voor stap. Soms wandelend, soms snelwandelend en soms rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan. Oh sorry, Tiny, niet vallen en opstaan, maar staan en opvallen.
Maar voor zometeen geldt toch echt:
Opzij, opzij, opzij…
We moeten rennen…
Een andere keer misschien…
We moeten rusten…
Opzij, opzij, opzij….
We moeten weekend houden, dus voor alle werkzaken:
EEN ANDERE KEER MISSCHIEN!
Voor de zekerheid, mocht je het niet herkend hebben: de schuingedrukte teksten zijn in zijn geheel of deels van een van Nederlands grootste kunstenaars Herman van Veen (uit: “Opzij” en “Toveren”).
Oh, herstel… “Toveren” is geschreven door 2 andere grootheden uit de Nederpop, Henk Temming en Henk Westbroek, maar werd wel gezongen door Herman van Veen.
Zo dan is dat ook helder. Sorry hoor, maar:
Soms ben ik wat neurotisch
Psychotisch en chaotisch
Labiel en neogotisch
Maar vandaag dus niet
Ik ben vandaag zo vrolijk
Zo vrolijk, zo vrolijk
Ik ben behoorlijk vrolijk
Zo vrolijk was ik nooit